
Foto: Shutterstock
Er wordt veel gepraat over hormoonontregelaars. Er is een debat gaande over de vraag of zij al dan niet betrokken zijn bij bepaalde pathologieën, gezien de lage concentraties die in cosmetische producten worden aangetroffen. Maar twee Amerikaanse onderzoekers luiden opnieuw de noodklok...
De waarschuwing betreft twee bekende producten die worden gebruikt in de samenstelling van veel schoonheidsproducten of crèmes: een UV-filter, BP-3 (benzofenone-3 of oxybenzone) en parabenen, of preciezer gezegd propylparaben (PP), gebruikt als conserveermiddel. Dit zijn xeno-estrogenen die volgens onderzoekers in 96% van de urinemonsters in de VS worden aangetroffen.
De onderzoekers wilden weten of de behandeling van borstcellen met deze producten al dan niet tot DNA-veranderingen heeft geleid. Korte periodes van blootstelling aan deze producten zijn ook bestudeerd bij eicellen. Hierdoor konden ze de schade in vivo beoordelen.
De resultaten tonen aan dat blootstelling aan deze xenoestrogenen bij lage doses (1µM en 5µM) transformaties in zowel menselijke cellen in vitro als in vivo bij konijnen induceert, in concentraties die 10 keer lager zijn dan die welke nodig zijn om transactivatie, d.w.z. transcriptionele activering van DNA tot RNA, door oestrogenen, te induceren. Dit verlaagt de risicodrempel voor oestrogeenactivatie en dus voor kanker als gevolg van deze producten...