Zoekveld

Allogene stamceltransplantatie: ook voor HLA-‘onverenigbare’ patiënten
09/12/2025 - 02:12
Foto: Shutterstock

De multicentrische ACCESS-studie, gepresenteerd tijdens de jaarlijkse bijeenkomst van de American Society of Hematology (ASH2026), herdefinieert de criteria voor geschiktheid voor hematopoëtische stamceltransplantatie.

Traditioneel vereist het succes van een allogene transplantatie een strikte genetische compatibiliteit (8/8 HLA-markers), wat de toegang tot behandeling sterk beperkt voor patiënten uit etnische minderheden.

De onderzoekers beoordeelden de doeltreffendheid van een profylactisch schema op basis van post-transplantatie cyclofosfamide (PTCy) bij 268 volwassenen met hematologische kankers. Dit immunomodulerende protocol maakt het mogelijk om gebruik te maken van niet-verwante donoren met een relatieve, maar significante HLA-incompatibiliteit: tot 4 antigenen op 8.

Cyclofosfamide richt zich selectief op prolifererende alloreactieve lymfocyten en voorkomt zo graft-versus-hostziekte (GVHD), terwijl het de inworteling van het transplantaat bevordert.

De resultaten na één jaar tonen een opmerkelijke therapeutische gelijkwaardigheid: de totale overleving bedraagt 86% voor de groep die transplantaten kreeg met 4 tot 6 compatibele markers, tegenover 79% voor de meer compatibele groep (7/8 markers). De incidentie van acute en chronische GVHD blijft vergelijkbaar tussen de cohorten.

Deze aanpak vergroot het donorbestand virtueel tot bijna alle patiënten, ongeacht hun genetische afkomst, en stelt clinici in staat andere prognostische factoren, zoals de leeftijd van de donor, te prioriteren. Volgens de onderzoekers gaat het om een vooruitgang die de transplantatiemogelijkheden ingrijpend verandert en een betere gelijkheid in de toegang tot zorg binnen de hematologische oncologie mogelijk maakt.

Mismatching of unrelated donors beyond a single HLA-locus does not adversely impact outcomes at one year following transplantation: Results from the NMDP sponsored ACCESS study